Zoetermeer
Uit opgravingen van de Archeologische Werkgroep Zoetermeer blijkt dat in de 13e eeuw al sprake was van bewoning aan de Dorpsstraat in Zoetermeer. De vondst van een stuk hout in een daliegat nabij het woonhart bleek na onderzoek ongeveer 1000 jaar oud te zijn. Hoewel er bij de opgraving geen sporen van bewoning werden gevonden, heeft de gemeente de vondst gebruikt voor een publiciteitscampagne, Zoetermeer 1000 jaar, om de stad op de kaart te zetten.
De bewoning van Zoetermeer is waarschijnlijk ongeveer 1000 jaar geleden ontstaan aan de rand van de veenontginning in de buurt van het in de 17e eeuw drooggemalen Soetermeerse meer. Het veen werd afgestoken en zelfs onder water uitgebaggerd en als turf in omliggende steden als brandstof verkocht. Als gevolg van de veenontginning ontstonden grote waterpartijen. Vanaf de 17e eeuw zijn eerst het Soetermeerse meer (1616) en vervolgens de overige waterpartijen ingepolderd en verkaveld. De polder waar de huidige wijken Buytenwegh en De Leyens zich bevinden, werd in 1770 opnieuw drooggelegd.